Tochtverslag Visé

Wandelkaart: https://www.afstandmeten.nl/index.php?id=2997050

 

6h59 werd als vertrekuur afgesproken in Brugge om er de IC-trein naar Luik te nemen. Na een vlotte overstap in het majestueuze station van Guillemins belandden we net voor half tien aan het station van Visé, dat met zijn spoorweg tot Maastricht geprangd ligt naast de autostrade en de hier al heel brede Maas. We doorkruisen het op zondag zachtjes ontwakende stadje. Overal vallen schilden op van de kruisboog-  en de 2 haakbusschuttersgilden.

Maar algauw trekken we door het eerste wijdse, frisse lentegroen van berg en dal. Fris, ja. We waren met een zonnig weerke vertrokken in Brugge, maar de eerste uren stopt het zachte miezeren hier niet. 

Freddy heeft vandaag een 24 km lang traject in een acht-vorm uitgestippeld langs vooral GR-paden. We doorkruisen een zeer gevarieerd landschap van bossen, akkers en weiden, hoge hagen; zelfs door tunnels in het struikgewas. Klaterende riviertjes doorstromen pittoreske dorpjes. Zo houden we halt voor onze lunch in Mortroux, deelgemeente van Dalhem, een voorschot groot.  Een lokale visser toont ons fier zijn vangst van deze morgen. ‘Oufti!’ (Luiks voor onze ‘Miljer…’) ratelt voortdurend uit zijn mond.

We zetten dapper verder door. Het gemiezer blijft achterwege. De zon is nu meer en meer present. Maar de sporen van de overvloedige regen deze week leiden ons vaak naar de bermen om de grote plassen te ontwijken. Soms zijn de plassen ook op de vaak heel smalle paadjes zo omvangrijk dat je er wel doorheen moet stappen. Godfried, die toe is aan zijn Maidentrip in onze rangen, trekt maar een vies gezicht. ‘Wa nei??…’. Als hij toch nog zijn heil zoekt op de rand van de plas reiken we hem nog een wandelstok aan. Maar het mag niet baten. Hij glijdt uit en ploft op zijn borst in de plas. Zijn rechterarm, die nog steun zocht aan de wei-omheining, raakt gekneld. Een korte kraak… 

Carine, vertrouwd met dergelijke scènes in het hospitaal, neemt meteen voortouw in de coördinatie; onder het goedkeurend oog van Dino. We heffen Godfried, ontdaan van zijn rugzak, horizontaal op het droge, waar hij even gaat zitten. Dino en ik bellen aan bij het eerste huis 10 minuten verder om de juiste adresinfo aan de hulpdiensten te kunnen doorgeven. Ondertussen begeleiden de anderen Godfried naar het afgesproken punt, waar de ambulance net toekomt. Tante Corona verbiedt ons hem te vergezellen naar het ziekenhuis CHC in Hermalle. Ook een brandweerwagen was blijkbaar opgeroepen, vanwege de onherbergzame spot van het ongeval. Half uit ons lood geslagen zetten we de tocht verder. We moeten verder. Godfried is nu alvast in goeie handen. We stappen vaak in complete stilte; blijkbaar een post-traumatische reactie. De meesten van ons dragen nog diverse moddersporen van die urgente interventie. Maar door het lange, natte gras zijn onze bottienen vlug gekuist, zo ook na het doorkruisen van een pas ‘gebeerde’ weide… 

Na anderhalf uur meldt Godfried ons dat zijn bovenarm gebroken is en hij morgen geopereerd moet worden. (‘Oefti!’…) 

We belanden op de rand van het heuvelachtige Land van Herve, voor mij het schattigste landschap in België. Ginds in de verte de mijntoren en terrils van Blègny.

We moeten nu flink doorstappen, willen we in Luik de trein van 18h halen om in Brugge om 20h te arriveren. I.p.v. een terrasje aan het station, drinken we nog een biertje op de trein. Is dat nu toegelaten of is die regel nu al afgeschaft? Ja, ’t zijn rare tijden…

Maar steeds opnieuw komt die dramatische scène ons weer voor ogen. Ja, Visé zal ons nog lang herinneren aan die nare val, maar ook aan de gecoördineerde samenwerking van elkeen om onze kersverse compagnon zo vlug mogelijk ongedeerd op het droge, in goede handen te loodsen. Een opsteker voor onze groepsgeest!!

Francis 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *